Uitstapjes in de provincies van Nederland

Een uitstapje in eigen land. Nederland heeft veel prachtig natuurschoon, in alle provincies van Nederland. Je kunt er schitterende steden bezoeken. Regen en temperatuur zijn vaak spelbreker. Nederlanders gaan dan liever naar het buitenland, naar de zon. Maar voor de mooie dagen in Nederland, zijn hier bezienswaardigheden genoemd in alle provincies van Nederland Alle provincies zijn het bezoeken waard.

Nederland

"God schiep de wereld, maar Holland werd door de Nederlanders zelf gemaakt", zei ooit een groot Frans filosoof.

Natuurlijk is dat niet helemaal waar. In de Romeinse tijd lagen West- en Noord-Nederland op zeeniveau. De zeearmen stroomden tusen het land door en de mens woonde op terpen om zich tegen de vloed te beschermen. De zee zelf zorgde ervoor dat Nederland op peil bleef, met de hulp van de Rijn en de Maas. Het water voerde grind, zand en klei aan, waardoor het land op gelijke hoogte bleef. Door de aanleg van dijken droogde het land uit en zakt sindsdien. De waterschappen werden ingesteld om de problemen hieromtrent binnen de letterlijke perken te houden. Stromrampen zoals die van 1916 en 1953 zorgden respectieflijk voor de aanleg van de Afsluitdijk en de Deltawerken.

Welke zijn de dichtbevolkte gebieden van Nederland?

Als men een denkbeeldige lijn trekt van Arnhem naar Alkmaar, dan woont ongeveer een kwart van de Nederlanders ten noorden van deze lijn. In de drie westelijke provincies is de grootste bevolkingsdichtheid, in de Randstad. Rond het Groene Hart, in en om de vier grote steden, woont en werkt het grootste deel van Nederland. In het Groene Hart wil men zoveel mogelijk het karakteristieke Nederlandse landschap laten voortbestaan. In en rond de Brabantse steden is ook grote bevolkingsdichtheid, zo ook in de grote steden van Gelderland en de zogenaamde Ijsselsteden. Zuid-Limburg volgt. Maar met al deze verstedelijking woont nog steeds één van de twee Nederlanders in een plattelandsgemeente.

Waar komt de bonte mengeling Nederlanders vandaan?

Sinds de zestiger jaren zijn steeds meer buitenlanders in Nederland komen wonen. Het begon met de toestroom van gastarbeiders, uitgenodigd door de Nederlandse regering om hier te komen werken. In de jaren zeventig en tachtig kwamen veel mensen uit Suriname en de Antillen. Suriname werd zelfstandig en er ontstond grote onzekerheid over de politieke toestand en de bestaansmiddelen in het thuisland. In de jaren daarna zijn het voornamelijk vluchtelingen uit oorlogsgebieden over de hele wereld die Nederland als toevluchtsoord zien. Vooral in de grote (universiteits)steden treft men studenten uit allerlei landen die in Nederland een (deel van) hun studie doen.
Door de internationale contacten in de zakenwereld treft men ook vele buitenlanders die, meestal tijdelijk, in Nederland hun domicilie hebben.

En dan dat Nederlandse weer...

Als men aan een Nederlander iets vraagt over het weer in Nederland, zal iedereen zeggen:" Wij hebben in Nederland een belabberd klimaat. Het regent er veel en de zon schijnt veel te weinig". De lente is te nat, de zomer niet warm genoeg en de herfst te somber. Maar eigenlijk hebben we een ideaal klimaat. De zomers zijn nooit zo droog dat de oogst mislukt. De winters zijn nooit zo koud dat mensen bevriezingsverschijnselen krijgen. De regelaar van ons weer is de westenwind, die over zee warme lucht aanvoert. In de winter is de Noordzee onze centrale verwarming. De depressies zorgen voor luchtstromen boven Nederland die ervoor zorgen dat de luchtvervuiling zelden ernstige gevolgen heeft. Toch ontvluchten velen tijdelijk ons land om zich te koesteren in de warme zon van mediterrane en tropische landen. Voor hen die thuis blijven is Nederland met zijn prachtige natuurschoon en zijn mooie oude steden zeer de moeite waard om er vakantie te vieren of om zomaar eens een dagje weg te gaan in eigen land.